Vandaag nemen we je mee naar een klein plaatsje in de Verenigde Staten, ongeveer 100 km ten westen van Atlanta, Georgia. Het plaatsje kent net iets boven de 100.000 inwoners, voor Amerikaanse begrippen valt het dus onder "klein", en is onder niet-muziekkenners vooral bekend vanwege een botanische tuin. Echter, als het op muziek aankomt, heeft het plaatsje een paar "groten" voortgebracht.
Eerst was er de band the B-52's. Ontstaan in 1976, en bekend vanwege hun new-wave muziek, vielen ze op door de 2 meiden in hun gelederen: Kate Pierson en Cindy Wilson. Fred Schneider mocht een stukje zingen, Ricky Wilson gitaar spelen en Keith Strickland (overleden in 1985) was de drummer. In 1978 namen ze "Rock Lobster" op, het werd geen hit, maar zorgde er wel voor dat ze zich bij kenners in de kijker speelden, en zo kwamen ze o.a. in de UK terecht. Toen John Lennon de band als "favoriete band" bestempelde, kwam er vaart in de carriere, en vooral in de Verenigde Staten hebben ze een aantal hits en bekroonde albums gehad. Pas eind jaren 80 scoorden ze ook in Nederland, o.a. met Love Shack.
In het kielzog van de B-52's werd in 1980 in dezelfde plaats R.E.M. opgericht. Het bandje met Mike Mills, Michael Stipe, Bill Rieflin en Peter Buck scoorden in 1987 een redelijk succes met "The One I Love" en bereikte sterrenstatus met het album Out Of Time - daarop stond ook hun grote hit "Losing My Religion", en het duet met Kate Pierson van de B-52's, Shiny Happy People. Het album werd opgevolgd door "Automatic For The People", waarop hits als "Drive" en "Everybody Hurts" stonden. Op 21 september 2011 maakte de band bekend ermee te stoppen.